Lucebert

Lucebert, pseudoniem van Lubertus Jacobus Swaanswijk, (Amsterdam, 15 september 1924 – Alkmaar, 10 mei 1994) was een Nederlands dichter en schilder. Als dichter werd hij gezien als de voorman van de beweging van de Vijftigers, een progressieve groep dichters die na de Tweede Wereldoorlog begon te experimenteren met vorm en inhoud; als schilder was hij nauw betrokken bij de Amsterdams poot van de experimentele CoBrA groep.

Luceberts vader was huisschilder en had een eigen zaak. Luceberts tekentalent werd ontdekt toen hij bij zijn vader begon te werken. Met een beurs ging hij een half jaar naar het Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs in 1938. Daarna sloeg hij aan het zwerven. Toen hij in 1947 het aanbod van het Franciscanessenklooster in Heemskerk kreeg om voor kost en inwoning een enorme wandschildering te maken, ging hij daarmee akkoord. Omdat de zusters de wandschildering niet konden waarderen, hebben zij het geheel laten overschilderen met witte verf.

Hij maakte deel uit van verschillende dichterscollectieven, waaronder IPA, Contact en later de Cel Majakovski, met Gerrit Kouwenaar en Jan Elburg. Deze laatste, die verwees naar de Russische dichter Vladimir Majakovski, zou opgaan in de Experimentele Groep Holland.

In 1949 trad Lucebert op als voorman van de Beweging van Vijftig of de Vijftigers, de groep experimentele dichters die destijds veel stof deed opwaaien. In 1949, ten tijde van de Politionele Acties, debuteerde hij met het gedicht Minnebrief aan onze gemartelde bruid Indonesia. De bundel Triangel in de jungle / de dieren der democratie, verscheen in 1951. Al snel werd hij gezien als de Keizer der Vijftigers.

Aan het einde van de jaren vijftig brengt Lucebert met zijn sterk associatieve schilderkunst de CoBrA-taal opnieuw tot leven. Zijn ongeremde vormexpressie sluit naadloos aan bij wat Constant in het CoBrA-manifest in 1948 al schrijft: "Een kunst die niet het probleem oplost dat een vooraf bestaande schoonheidsopvatting stelt, maar die geen andere norm erkent dan expressieviteit, en spontaan schept wat de intuitie aangeeft.

Lucebert maakte zijn schilderijen zonder voorstudie en niet gehinderd door een esthetisch idiaal. Spontaan brengt hij lijnen en vlekken aan en werkt hij puur via zijn intuitie. De speelsheid van de kindertekening is voor Lucebert een bron van inspiratie. In 1961 schrijft Lucebert over zijn werkwijze: "Wie zich bij het schilderen van eieren de paaseieren van vorig jaar herinnert, die heeft geen lust meer in het vieren van paasfeesten. Een goed schilderij, een goed gedicht, ontstaat dan ook in het niemandsland, een grensgebied tussen ontwerp en gewaarwording, een gebied waar noch konventies van de herinnering, noch wensen droomdiktaten van de een of andere utopie hun beperkte rollen kunen spelen".

Vanaf 1981 brak met de bundel Oogsten in de dwaaltuin een nieuwe creatieve dichtperiode aan, waarin zijn poëzie zwarter en toch ook socialer was.

Lucebert overleed in 1994 op 69-jarige leeftijd in een ziekenhuis te Alkmaar.

Tegenwoordig wordt Lucebert beschouwd als één van de grootste Nederlandstalige dichters van de twintigste eeuw. De meeste van zijn gedichten zijn gebundeld in Gedichten 1948-1963, en recenter in Verzamelde Werken, 1e druk, september 2002.

Bron: Wikipedia en Willemijn Stokvis.

Lucebert, foto: Nico Koster

Lucebert. Foto: Nico Koster